top of page

Wim Nival: het evenwicht tussen gevoel en rede


Minimaal maar doorleefd, ritmisch en bedachtzaam: het werk van Wim Nival (°1968) dringt zich niet op, maar nodigt je uit om te worden ontdekt. Wim vertrekt van materiaal dat al een heel leven achter zich heeft en voegt er met eenvoudige middelen een sterk nieuw verhaal aan toe. Het resultaat is een mooi, harmonieus oeuvre, dat we je graag voorstellen.

WIM: Papier, boeken, kaften, oude documenten: de materie waarop ik werk, is waardevol en bevat een heel verhaal. Ik start elk werk met de vraag: welke kleine ingreep kan ik doen om het waardevolle van het materiaal waarvan ik vertrek tot uiting te brengen?

Zoeken en verzamelen maakt een belangrijk onderdeel uit van mijn artistieke proces. Soms stoot ik op een boek, papier of een klein houten object en is het me meteen duidelijk welk beeld ik er wil mee maken. Maar tegelijkertijd bouw ik een enorm archief op aan materiaal. Ik omring me met mijn vondsten en kom door associëren en componeren tot nieuwe werken. Mijn beelden ontstaan heel snel en direct, maar de uitvoering kan een tijd in beslag nemen.

Werken in mijn atelier is heel rustgevend. Uren na elkaar perforeren, laagjes papier wegkrabben of nauwgezet met een holbeitel cirkels uitsnijden kan me in een staat van volledige rust brengen. Daarbij draait dan alles om de handeling zelf. Het repetitieve ervan komt sterk terug in mijn werk.

Ik ben schilder van opleiding, maar heb mijn technische bagage uitgebreid door opleidingen in keramiek en vrije grafiek. Keramiek is me een te complex en te traag medium, maar heeft me wel gevoel voor materie en het tactiele bijgebracht. Van de grafische opleiding nam ik aandacht voor lijn, vlak en typografie mee.

Ik probeer tot een evenwicht te komen tussen gevoel en rede. Het gevoelsmatige zit in de materialen. De geometrie die ik toevoeg, brengt een rationeel component. Ik werk graag geometrisch en strak, maar niet afgemeten. Daar leent het materiaal waarop ik werk zich ook niet toe: de foutjes en onregelmatigheden verplichten me om na te denken waar en hoe ik esthetisch wil ingrijpen.

Perforaties zijn een metafoor voor gedachteloosheid, stilte. Ze werpen de vraag op: wat maakt het werk: het papier dat resteert of wat er is weggenomen? Het doet me stilstaan bij thema’s als aanwezig/afwezig zijn, positief/negatief. Die tweeledigheid toon ik ook door beelden links en rechts tegenover elkaar te plaatsen. Het moment ‘nu’ in het midden vormt het tijdstip tussen twee gedachten.

De materialen die ik gebruik zijn aan het vergaan. Ik gebruik ze omdat ik ze mooi vind in de staat waarin ze zich bevinden. Ik grijp niet in om dat proces te stoppen. Ik zou het papier bijvoorbeeld kunnen ontzuren. Maar ik vind het bijna een vorm van hoogmoed om te beslissen dat het materiaal niet meer moet leven omdat ik er op heb gewerkt. Dat strookt niet met de manier waarop ik denk. Alles komt en gaat. Dat mag mijn werk ook duidelijk maken.

Wim Nival stelt tentoon: nog tot en met 30 juni bij Wouter De Bruycker, Antwerpen.



RECENT

bottom of page